zondag 11 januari 2009

Billboards en busritjes

Het mooiste blijven de spontane ontmoetingen met Rwandezen zelf. De onafrikaanse geslotenheid van de cultuur maakt het mengen en doordringen in een Rwandees netwerk niet zo makkelijk. En zelf zoek ik in den vreemde ook naar veiligheid en ‘makkelijk’ contact.

Maar soms heb je parels van ontmoetingen wel. Deze had ik in het busje van Gikondo naar centre ville, na mijn Kinyarwandales. Ineengedrukt tussen mijn leraar aan de ene kant en een Congolese leraar aan de andere kant maakte ik het ritje. Met die Congolese leraar had ik toevallig al eens in de stromende regen in een busje gezeten, dus hij begroette me alsof ik een oude bekende was. Dat doet goed.

[Terwijl ik dit schrijf, ontdek ik tot mijn spijt dat dit gesprek dus ook niet tot stand kwam met een Rwandees. Mijn buurman was per slot van rekening een man die van oorsprong uit Goma, in Congo komt. Nu ja, een verslag van een leuk gesprek met een Rwandees volgt te zijner tijd.]

Met de Congolees raakte ik wat aan de praat. Over de plek waar je in Kigali in hemelsnaam gewone yoghurt kan krijgen – heel bizar, het adagium van de overheid is ‘ieder gezin zijn koe!’, melk is overal en nergens te krijgen, maar yoghurt? Alleen in kleine bekertjes van 250 ml met ananassmaak. Of aardbeiensmaak, wat je wil. De beste man wist het ook niet, en hoefde het niet te weten ook.

Daarna kwam het gesprek op kinderen, want de vorige rit was Julia er ook bij. Dit keer niet. Of ze de enige was, vroeg hij. ‘Ja’, antwoordde ik, ‘tot nu toe wel.’

‘Dat is toch niet goed! Je moet er minstens vijf hebben, of zes,' sprak hij me vaderlijk toe.

Ik wimpelde dat advies wat weg, met een verwijzing naar de o zo hoge kosten van het levensonderhoud in Europa, en dat het onmogelijk zou zijn om ooit de schoolgelden van al die kinderen te betalen. Te duur is een argument dat het in Rwanda altijd goed doet...

Even later schakelde ik ook mijn Kinyarwandaleraar in, omdat er een enorm billboard langs de kant van de weg staat, waarvan ik nu eindelijk wel eens de betekenis wilde weten. Op dat enorme gevaarte staat, tegen een helderroze achtergrond, een streng uitziende vrouw met een doktersjas, die ons met uitgestoken vinger wat wil duidelijk maken.

'Umuri menya!' werpt ze je toe, in dikke krullende letters. En daarna volgt een zin die ik op deze plek niet kan reproduceren. Zowel de Congolees als mijn leraar moesten hard lachen. Samen vertaalden ze dit meesterlijke stukje voorlichting. 'Face the truth! Condooms zijn het beste middel om aan gezinsplanning te doen.'

In de context van ons gesprek was dat wel een mooie boodschap. Alhoewel, mijn Congolese buurman zou me waarschijnlijk aanraden om dan gewoon zes kinderen plannen.



Naschrift. Dat billboard is waarschijnlijk een van de communicatiemiddelen in de strijd voor de (ongeveer) vier-kinderen-politiek. Ongeveer, want de ene bron zegt twee, de ander weer drie. Dus het exacte aantal weet ik niet. Maar het zouden er maar al te goed vier kunnen zijn, want aan dat is een magisch getal. Vier is namelijk precies het aantal kinderen dat de hooggewaardeerde president van Rwanda heeft.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten