zondag 18 oktober 2009

Wacht in nood

Wacht in nood

Toen ik de poort doorliep, had ik wel in de gaten dat er iets mis was. Maar zo erg? Ik haalde onze hulp erbij om in het Kinyarwanda te vragen wat er aan de hand was, en toen lag onze dagwacht alias tuinman John al gestrekt op de vloer. Te kreunen, onmachtig om te praten, grijpend naar zijn keel en zijn maag. En met ademhalingsproblemen, dat was duidelijk.

Naar de dokter dus, gezwind, die ons hele stelletje - chauffeur, hulp, kreunende John en mezelf - doorstuurde naar het centrale ziekenhuis CHUK.

We kregen de enige rolstoel die het ziekenhuis rijk is ter beschikking, en werden doorverwezen naar de emergency unit. Even slikken, wachten tot de dokter tijd heeft te midden van barende vrouwen, krijsende kindjes en andere mensen in nood.

Onze John deed een beetje panisch ondertussen, met drie man sterk moesten ze hem in bedwang houden omdat hij het ziekenhuis wilde ontvluchten. Naar Kibungo, waar zijn moeder woont, en daarnaast heel veel traditionele genezers.

´Poison, poison´, stamelde John, almaar meer verkrampend in zijn rolstoel. Voor hem was de diagnose simpel, hij was vergiftigd. En veel vertrouwen in de reguliere geneeskunst had hij overduidelijk niet. Het bijgeloof hier is dat je regelrecht het loodje legt als je na een vergiftiging in handen komt van een dokter, je moet echt de toverdrank van van je wonderdokter krijgen!

Toen hij zo verzwakt was dat hij niet meer kon tegenstribbelen, greep een verpleegster kordaat in, en spoot hem plat met een kalmerend middel. Binnen tien minuten was onze wacht onder zeil. En stond er een ongeduldige zuster te wachten op de rolstoel, die nodig was voor een andere patiƫnt.

Wat te doen? Met dat bijltje was eerder gehakt. Een witte doktersjas kwam tevoorschijn, John werd uit zijn stoel getild en op de jas op de grond gelegd. Naast kindjes op kartonnen dozen. In de wachtkamer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten